16-04-2019 JOURE – Particuliere beleggers die kleine stukjes landbouwgrond kochten in de hoop er rijker van te worden belemmeren bouwplannen van gemeenten. De speculatie drijft de grondprijzen op, waardoor het aanleggen van woonwijken of bedrijventerreinen te duur wordt. De beleggers blijven met de grond zitten.
Op meer dan 500 locaties in meer dan de helft van de Nederlandse gemeenten hebben grondhandelaren bossen, weilanden en akkers in kleine stukken geknipt. In totaal gaat het om circa 2300 hectare vooral agrarisch land. De snippers zijn met forse winst doorverkocht aan particuliere beleggers, die er in totaal bijna 700 miljoen euro in hebben gestopt. Grondhandelaren spiegelden de speculanten voor dat de kavels meer waard zullen worden omdat er bouwplannen zouden zijn. Maar na maanden onderzoek is er geen locatie gevonden waar op versnipperde grond is gebouwd.
Veruit de meeste locaties met versnipperde grond liggen in landelijke gebieden buiten de Randstad. Pakweg een derde ligt in gebieden waar de bevolkingsaantallen nu of in de toekomst krimpen. De kans op woningbouw is daar vrijwel nihil. Een vijfde ligt in de provincie Groningen.
En als er al een bestemmingsplan voor woningbouw, dan is het nog onmogelijk er te bouwen. Juist omdat de grondhandelaren de akkers in zoveel stukjes sneden, zijn bouwplannen financieel onhaalbaar. In de meeste gevallen hebben de particulieren onrealistisch hoge prijzen betaald. Om hun investering te laten renderen, moeten ze de grond duur verkopen. Bouwprojecten zijn dan niet meer rendabel, waardoor gemeenten en ontwikkelaars de grond niet kopen. Daarnaast is het grote aantal eigenaren voor gemeenten een reden af te zien van bouwplannen op versnipperde grond. Onderhandelen met een paar honderd eigenaren kost te veel tijd.